Weyes Blood heeft haar muziek wel eens omschreven als nostalgisch futurisme. Dat effectueert ze door een op het eerste gehoor nogal vervreemdende combinatie van warm sentiment en koude soundscapes. Die kou is er snel af. De elektronica op Titanic Rising (Sub Pop/Konkurrent) vloeit als een gloeiende substantie om de melodieën die rechtstreeks naar de onderbuik gaan. Het is de onschuld van een slaapkamer met een eenpersoonsbed, zoals de hoesfoto laat zien. Maar juist daar borrelt het. Een wereld van verlangen die vervat is in wonderschone arrangementen. Something To Believe met die lichtjes jubelende gitaar op de achtergrond pakt uit als een kunststukje van Burt Bacharach. De zoete melodie van Everyday maakt net zo blij als iets van New Seekers (guilty pleasure!), maar onder dat alles is meer aan de hand. Movies begint alsof Jeff Wayne nog iets heeft toe te voegen aan zijn War of the Worlds. De zang van de Californische Natalie Mering, zoals haar werkelijke naam luidt, roept soms vergelijkingen op met Annie Lennox of Kim Wilde, maar vooral toch ook met Karen Carpenter. Want zelfs met die elektronica zweeft Weyes Blood rustig weg naar de jaren 60. Bij dit soort (slaap)kamerpop hoort het besef dat niet alles in het echte leven zo voorspoedig loopt als je zou willen. Juist die wetenschap kan je sterken om er daarom toch maar wat van te maken, ook al verblijven we niet in de Hof van Eden. Ook aanbevolen voor fans van Mazzy Star.
30/05/2019 Permalink
Hier begrijp ik helemaal niets van. Alles wat je even terug schrijft over Lucette is een op een van toepassing op dit album. Toch krijgt zij 1 ster en deel je er hier 4 uit??????
Of zijn het de teksten die het verschil maken, die mij overigens nauwelijks interesseren.