Al vanaf het zesde liedje van het optreden van Steve Earle & the Dukes (& the Duchesses, waarover later meer) was bassist Kelley Looney bezig met het rechtzetten van zijn microfoon-standaard. Maar het was pas drie liedjes later, in After The Mardi Grass, dat hij die voor het eerst zou gebruiken. Het tekent de passie en instelling waarmee de Earle en zijn bandleden op 26 mei in Paradiso stonden.
Aanleiding van het optreden was het verschijnen van The Low Highway, het vijftiende studioalbum van de inmiddels 58-jarige bard uit, sinds een aantal jaren, New York.
Op deze toernee laat hij zich begeleiden door Will Rigby (drums), eerdergenoemde Looney, Chris Masterson (gitaar) en Eleanor Whitmore (fiddle). De twee laatstgenoemden vormen samen The Mastersons die deze avond ook het voorprogramma verzorgden. Whitmore was daarmee de enige Duchess van dienst, want – anders bij bij eerdere toernees – ontbrak Earles echtgenote Allison Moorer. Een gemis dat echter geen afbreuk deed aan de kwaliteit van het optreden. Want na een beetje stroef begin werd het een prima avond, een uitstekende avond zelfs.
Een belangrijk aandeel in het succes was de inbreng van Masterson, een slungel met grote bril en sjaaltje, die echter op welke gitaar dan ook steeds de juiste snaar weet te raken. Esotherisch galmend dan wel ruig twangend en tussendoor ook met huilende noten van zijn pedal steel. Zijn eega blijft er onverstoorbaar onder. Als een mater familias ziet zij vanaf de zijkant, met haar fiddle of van achter een keyboard dat het goed is. Een keer, in You’re Still Standing There, mag zij in een duet met Earle, ook vocaal de hoofdrol spelen.
Halverwege de set geeft Earle aan dat dit de beste band is waarmee hij ooit gespeeld heeft. Dat was ook de reden dat hij met hen graag een plaat wilde maken. Dat werd The Low Highway waarvoor hij de inspiratie opdeed met de dingen die hij in zijn buurt zag gebeuren, b.v. de rijen voor de gaarkeuken van een kerk. Die waren hem niet eerder opgevallen. Buurtgenoot Tim Robbins vertelde dat echter die er altijd al waren maar dat ze nu langer zijn. Mooi is ook de ode aan de onlangs overleden Warren Hellman, een stinkend rijke investments banker (en Republikein). In zijn eentje bekostigde hij een muziekfestival in San Francisco en als het nodig redt is redt ook nog eens het pensioenfonds van de ambtenaren in die stad. Earle: “You don’t have to be an asshole when you’re rich.” In ruim twee uur spelen Earle en co meer dan 30 nummers, een groot deel daarvan afkomstig van het nieuwe album, zoals de liedjes die hij schreef voor de HBO-serie Treme (over New Orleans na Katrina). Maar is is ook ruimte voor een cover van de Stones, Mothers Little Helper, en een rits toppers van toen: Guitar Town, The Galway Girl, Hard Core Troubadour, Copperhead Road. Opvallend rootsy gebracht en opvallend subtiel. Het hard rockende The Revolution Starts Now, waarmee de avond wordt afgesloten, viel daarmee zelfs bijna uit de toon. Dat was ooit wel eens anders, maar het was goed zo. Niks meer aan doen.
Waar: Paradiso
Wanneer: 26 mei 2013
Foto’s: Peter Hageman
28/05/2013 Permalink
Inderdaad, prima optreden. Geen woord van deze impressie is gelogen!
Thanx Steve and Mastersons
28/05/2013 Permalink
En je moest even geduld hebben, maar na afloop van het optreden signeerde Steve voor iedereen, die netjes in de rij “against the wall” stond, cd’s, t-shirts en concert-kaartjes. Het blijft een toffe gast.
28/05/2013 Permalink
Maar de grote zalen raken niet meer uitverkocht.
Glasgow. En het optreden van Steve Earle in De Oosterpoort, Groningen grote zaal is verplaatst naar de kleine zaal. Maar dat maakt het er wel leuker op.
28/05/2013 Permalink
Ben ook geweest maar halverwege weg gegaan. Voornamelijk nummers van zijn laatste cd’s. Alles leek op elkaar en dreutelde maar door. Heb Steve nu zo’n tien keer live gezien maar ik haak af. Het vuur en de passie zijn verdwenen. Helaas, blijft een held vanwege zijn oudere platen.
30/05/2013 Permalink
Tja Hans,
Ik haak niet af. Ik bespeur een duidelijke ontwikkeling in het werk van Steve Earle.
Meer van hetzelfde is een vaak gehoorde klacht wanneer mensen artiesten voor gezien houden. Wat mij betreft kan ik krijg van hetzelfde nooit genoeg, mits er sprake is van kwaliteit. Dat laatste is natuurlijk een uiterst rekbaar persoonsgebonden begrip. In elk geval is er wat mij betreft bij de heer Earle en zijn gevolg nog steeds sprake van kwaliteit en klasse!
30/05/2013 Permalink
Optreden in de Effenaar was echt memorabel goed! Uitstekend geluid, een mooie mix tussen Folk- Bluegrass nummers en meer elektrisch spul. Ook het feit dat de band nummers uit het complete repertoire speelde was fantastisch+ Copperhead Road, Taney Town enzovoort.
01/06/2013 Permalink
Ik was in Eindhoven, inderdaad een goed concert van een van mijn oude helden. Goede nieuwe CD ook. Maar er zijn wel kanttekeningen te plaatsen. Het geluid bv. was NIET uitstekend, maar veel te zacht (als ik dit thuis zo draai, klagen de buren niet eens). In de buurt van de bar was het geklets soms beter te volgen dan de muziek! Effenaar, doe daar wat aan. Verder vond ik t verbazingwekkend om te zien dat iemand die al bijna 40 jaar op het podium staat, er nog steeds in slaagt om voortdurend naast de microfoon te zingen (zijn zang is toch al vaak nasaal gemompel, dat wordt dan niet beter). En het zou ook prettiger zijn als hij niet zijn hele repertoire anderhalf tempo vertraagd speelt (al was dat weer een vooruitgang t.o.v. het vorige concert in de Effenaar, toen was het twee tempo’s langzamer… Maar ik ben volgende keer weer erbij!