Willi Carlisle vindt hoop in de wanhoop. De wereld is verloren. We zijn allemaal verloren. De wereld kwijt. Het einde der tijden is aangebroken. Maar de singer-songwriter uit Arkansas kwam tot een ander inzicht. De wereld draait rondjes. Wij draaien rondjes. Een lichaam vergaat, maar de geest blijft rondwaren. Alles is in evenwicht. ‘We turn to soil, songs, and stories’, schrijft hij in zijn voorwoord op het inlegvel van Critterland (Signature Sounds). De liedjes van Carlisle handelen weliswaar over donkere zaken, maar door ze te zingen schudt hij de zwaarte van zich af.
Op het titelnummer waarmee het album aanvangt neemt hij een voorbeeld aan alle beestjes die veel meer in harmonie leven met elkaar en hun omgeving. Terwijl de mensheid zich druk maakt over van alles en nog wat. Carlisle zingt over verboden liefdes, generatieconflicten, verslaving, afkeer van religie, zelfmoord en verwachtingen die we aan elkaar opleggen. Hij zoekt naar een balans tussen vrijheid en verantwoordelijkheid. En houdt ook zijn eigen rol tegen het licht.
Met leed krijgen we allemaal te maken. Laat het niet je leven bepalen, dat is de boodschap van Carlisle. Doe vooral je eigen ding. Tegen de verdrukking in. Hij heeft het over de functie die drugs kunnen hebben, maar wijst ook op de keerzijde. When The Pills Wear Off gaat over seks met mannen en vrienden die hij verloor aan heroïne. Een wrange opeenstapeling van feiten.
Muzikaal is het deze keer wat soberder dan op het fenomenale Peculiar, Missouri, mijn plaat van het jaar in 2022. Carlisle zingt, speelt banjo, gitaar, viool, mondharmonica en accordeon. Producer Darrell Scott vult aan op gitaren, dulcimer, steelgitaar, mandoline, banjo en piano. Het is veelal akoestisch, maar komt aan als een klap in het gezicht. Het is muziek voor duistere wouden. Daar in de backwoods spelen zich huiveringwekkende taferelen af. In The Arrangements wordt afscheid genomen van een vader. ‘So let’s pour one out for the bastard, it’s still sad when bad men die’, horen we. En: ‘He was dead inside my head long before he died.’
Carlisle gaat terug naar een vorm van countrymuziek uit de tijd voordat die genreaanduiding zelfs nog maar bestond. Een eeuw terug zeg maar. Zijn aanpak is zo old-time als wat. Liedjes die woekeren als struikgewas. Old-time is iets anders dan bluegrass. In die laatste vorm ligt de nadruk toch vooral op snelheid; op over elkaar tuimelende noten. Old-time is ongepolijster. Het draait meer om het vertellen van een verhaal. Laat dat laatste precies een van de kwaliteiten van Carlisle zijn.
Critterland wordt besloten met The Money Grows On Trees, een ruim zeven minuten lang gedicht over de dunne scheidslijn tussen goed en kwaad. Over hippies en hillbillies die samenspannen. Over corrupte politiemannen die illegaal drank stoken. Dry County Dust handelt over zijn moeizame verhouding met zijn afkomst. Hij houdt van de simpele omstandigheden van kippen in de achtertuin, maar gruwt van de bekrompen mentaliteit. The Great Depression is een moderne dust bowl ballad waar Carlisle een positieve draai aan geeft. Want ook die crisistijd heeft de mensen sterker gemaakt. Er is altijd hoop, zo is zijn betoog.
08/02/2024 Permalink
Schitterende recensie over een schitterende plaat!