“Religion is for those afraid of going to Hell, and spirituality is for those who have been there.” Dat was de lijfspreuk van Judee Sill (1944-1979), wier korte leven laveerde tussen de hemel van muzikale vervoering en de hel van verslaving en zelfdestructie. Over haar turbulente tijd op aarde gaat theatervoorstelling Judee, My Baby, die vrijdag in première ging in Amsterdam en later dit jaar elders in het land te zien is.
Judee Sill nam twee albums op – Judee Sill (1971) en Heart Food (1973) – voor ze roemloos van het muzikale podium verdween en ten onder ging aan haar verslavingen. Inmiddels groeit de aandacht voor haar country- en folkliedjes, met klassieke invloeden en poëtische teksten, die ze zong met een stem van een loepzuivere, bijna onaardse schoonheid. Er zijn heruitgaves verschenen met demo’s en outtakes, afgelopen week wijdde de BBC een radioprogramma aan haar werk, en nu verschijnt haar muziek op de Nederlandse podia.
Judee, My Baby is een samenwerking tussen de Amsterdamse band My Baby en regisseurs Michel Sluysmans en Vincent van Warmerdam, die ook meewerkte aan de opzwepende Tom Waits meets Shakespeare-voorstelling een aantal jaar geleden; de teksten zijn geschreven door dichteres Maria Barnas. Na een introductie met citaten over Judee Sill wordt een vrije vertelling over haar leven opgevoerd, die vervlochten is met muzikale fragmenten uit het werk van Judee Sill en de band My Baby.
De muziek is eenvoudig gehouden: gitaren, drums, piano, soms een mandoline – geen orkestrale arrangementen zoals op Sills albums dus – maar de sfeer van haar albums wordt feilloos opgeroepen. Verder valt de zang op van de twee hoofdrolspelers, Lottie Hellingman en Cato van Dijck, die samen Judee Sill spelen en haar unieke zangstijl tot in de puntjes beheersen. Hoogtepunt is een schitterende uitvoering van Sills bekendste nummer, ‘Jesus was a Crossmaker‘, dat onder meer gecoverd werd door Warren Zevon en The Monkees.
Qua verhaal is er veel aandacht voor Sills getroebleerde relatie met haar stiefvader. Daardoor is er minder ruimte voor haar latere leven, en komen bijvoorbeeld haar relaties met vrouwen nauwelijks aan bod. Dat is enerzijds jammer, maar anderzijds kan een voorstelling van deze lengte nooit recht doen aan álle aspecten van Sills veelbewogen leven. De regisseurs hebben gekozen om de nadruk te leggen op haar relaties met de mannen, waaronder platenbaas David Geffen, die haar probeerden toe te eigenen; vandaar ook de dubbelzinnige titel Judee, My Baby.
Aan het einde van de voorstelling is Judee Sill zelf nog even te zien en te horen met haar prachtige nummer ‘The Kiss‘, waarin de duisternis even lijkt te wijken voor het licht:
Once a crystal choir appeared while I was sleeping and called my name
And when they came down nearer, saying dying is done
Then a new song was sung until somewhere we breathed as one.
Het is een passend slotakkoord van de voorstelling. Judee, My Baby is een mooi eerbetoon aan een miskend genie, dat uiteindelijk te lang met de dood leefde om haar weg naar het leven en het licht nog terug te kunnen vinden.
Reageren
»Nog geen reacties.
RSS feed for comments on this post.
Plaats een reactie