Ze debuteerden met een liveplaat en dat is toch best bijzonder. For A Second Time (Cedar Creek Music/Proper) van het uit Nashville, Tennessee, afkomstige Daddy is de in de studio opgenomen opvolger van At The Women’s Club. Daddy is het samenwerkingsverband van Will Kimbrough (gitaar, zang) en Tommy Womack (gitaar, zang) en bestaat verder uit J
ohn Deaderick (toetsen), Dave Jacques (bas) en Paul Griffith (drums). Deze jongens zijn zo ontzettend goed, dat ze zelf ook moeiteloos alle nummers weten te plaatsen in de popcanon. Waarom zou je dus als recensent niet gewoon die notities overnemen? Want ze kloppen allemaal. Nobody From Nowhere vermengt Motown en Allman Brothers en je kunt er nog op dansen ook. Early To Bed, Early To Rise gaat over moeilijke tijden en klinkt als Warren Zevon met Crazy Horse. The Ballad Of Martin Luther King is de enige cover en geschreven door Mike Millius. Van een Smithsonian Folkways broadside ballad maakt Daddy iets wat op Stax lijkt. Love In A Bottle is trance blues (klinkt als Muddy Waters die met Mark Knopfler, Dick Dale en bluesknakker Junior Kimbrough opneemt). Wash & Fold gaat over de liefde bedrijven in een wasserette op een Bo Diddley-beat. K Went To Heaven In A Dream Last Night heeft praatzang en drummer Paul Griffith duwt de band als een boogaloo in een improvisatie rond een noot. Voor He Ain’t Right trokken ze van die fraaie suede jacks met franje aan, net als Neil Young in 1969. I Wanne Be Clean heeft de sfeer van New Orleans. Todd Snider is te gast en Daddy vraagt zich af of Leon Redbone hier iets mee te maken heeft. Hard Shell Case klinkt als Louisiana, J.J. Cale en Bob Dylan ten tijde van Time Out Of Mind. De afsluiter Redemption Is A Mother’s Son is Mississippi in de schemering met tekst van Jeff Finlin. Laat me er nog deze eindconclusie aan toe voegen: superieure rootsrock.
Reageren
»Nog geen reacties.
RSS feed for comments on this post. TrackBack URL
Plaats een reactie