Wordt 2012 het jaar van Cary Ann Hearst? Het zou zo maar kunnen. In dat geval wordt het ook het jaar van Michael Trent, want samen met haar partner brengt Hearst volgend jaar een album uit onder de nieuwe artiestennaam Shovels & Rope (zie ook de recensie hieronder). Lions And Lambs (eigen beheer) had er eigenlijk al voor moeten zorgen dat 2011 het jaar van Cary Ann Hearst zou zijn geweest, maar het album is nauwelijks opgepikt. Geheel onterecht natuurlijk, zoals dat zo vaak gaat. Anyhow, waar is al dat enthousiasme mijnerzijds op gebaseerd? Eigenlijk op alles. De stem. De teksten. De muziek, geweldige alternatieve countryklanken die diepe sporen hebben in al het goede van authentieke country en wat punk bovendien. Puntsgewijs dan maar, om te beginnen bij de teksten. Dat begint direct al met de eerste zinnetjes op opener The Hardest Thing: How much fight have you got in you? How much shit are you willing to wade through? En dat gaat zo maar door op deze tien door Hearst geschreven nummers. Duidelijke bewoordingen zijn het, zoals in het laatste nummer, waarin ze zich afvraagt: Who’s gonna raise these babies that we’ve made? De stem dan maar; die is krachtig en Hearst deinst niet terug voor enorme uithalen. Bovendien zit er iets in van een kindstemmetje. Een heel brutaal kind wel te verstaan. Daarmee past ze in een geweldige traditie. In de jaren vijftig kon iets dergelijks gezegd worden over iemand als Wanda Jackson. Dat is dan de countryinvloed. En in de jaren zeventig had je Cherry Vanilla en Rachel Sweet die als punkmeisjes ook heerlijk brutaal klonken. Dat brutale, of eigenlijk heel zelfbewuste, blijkt vooral in Eastern Continental Divide, waarin Hearst het niet pikt dat haar man wat in een honky tonk hangt, omdat ze zelf ook wel wat fun wil. Een nummer met een heerlijk wuivende pedal steel. Zijn we bij punt drie gekomen, de muzikale invulling. Over de invloeden van country en punk heb ik het al gehad. Maar er is zoveel meer. Hell’s Belle heeft een rockabillybeat waardoor White Stripes en zelfs Alan Vega hier ook kunnen worden genoemd. Bijzonder? Wat dan te denken van de invloed van Nancy Sinatra? Of die van girlgroups als The Shangri-Las (Can’t Say Goodbye). En The Last Time heeft dat shoop shoop waarmee Cher ooit een hit scoorde. Dat ze een volgeling is van zelfbewuste countryzangeressen als Loretta Lynn, Jeannie C. Riley en al die anderen heb ik al genoemd. Luister maar eens naar The Thread, waarin ze voor een groter effect haar stem in dubbele lagen heeft opgenomen. Butch Walker en Jake Sinclair produceerden dit wonderlijke schijfje van een vrouw waar we nog veel van gaan horen. Maar onthou niet alleen de naam van Cary Ann Hearst, maar ook die van Michael Trent, Shovels & Rope dus. Verkrijgbaar bij CD Baby.
28/12/2011 Permalink
Lekkere stem!
29/12/2011 Permalink
Rachel Sweet was een zangeres op het fameuze en onvolprezen Stiff-label die lieve pop liedjes uit jaren 50 en 60 zong en Cherry Vanilla een 3e rangs zangeres die het meer van imago dan muziek moest hebben. Van geen van beiden hoor ik hier ook maar een echo. Ik heb al eens eerder gezegd, laat die punkverwijzingen toch achterwege als ze of de plank misslaan of helemaal nergens toe leiden: niet iedere aangezette gitaar of rauwe stem is punk. Al dat ‘namedroppen’ leidt ook een beetje tot een omgevallen platenkast: rotzooi over de vloer en cd’s die weer in verkeerde hoesjes terecht komen.
Verder is dit een leuk plaatje maar niet meer dan dat, ik zou zeggen 3 ster (leuk om te beluisteren maar het downloaden/kopen niet waard).
03/01/2012 Permalink
Als je van brutale vrouwtjes houdt met een lekkere altcountry twang:
http://www.amazon.co.uk/Erica-Blinn/dp/B005N1A6WS/ref=sr_1_1?ie=UTF8&qid=1325592306&sr=8-1
Veel leuker dan Carry Ann Hearst!
15/01/2012 Permalink
doet denken aan neko case