Al voordat Waylon en Willie als outlaws naar Austin, Texas, trokken, had Ray Wylie Hubbard er zich gevestigd om er een verbond te smeden tussen rednecks en hippies. Zulks kan alleen maar door flink te relativeren, zoals hij deed in Up Against The Wall Redneck Mother, een liedje dat dankzij Jerry Jeff Walker een klassieker werd. Hubbard speelde in diens Lost Gonzo Band, maar die jaren zeventig gingen grotendeels aan hem voorbij door drugs en alcohol. In de jaren negentig kwam hij terug. Sober en sterker dan ooit. The Grifter’s Hymnal (Bordello Records/Proper) is de zoveelste in een reeks ijzersterke albums. Het met een snelle Diddley-beat gespeelde Coricidin Bottle maakt duidelijk dat de omschrijving countryrock al lang niet meer volstaat. Liever zou je zijn rauwe stijl opgevoerde countryblues willen noemen. Past ook beter bij songtitels als Coochy Coochy en Mother Blues. Op dat laatste nummer kan hij de hand schudden van Tony Joe White. En misschien ook wel van de duivel, wie zal het zeggen? Met New Year’s Eve At The Gates Of Hell heeft Hubbard in ieder geval een uitstekende binnenkomer voor een goed gesprek met laatstgenoemde. Heeft Hubbard het rechte pad bewandeld? Wel als je afgaat op een nummer als South Of The River, want net als James McMurtry rockt hij bij voorkeur rechtdoor. Met mooie Stonesy koortjes.
02/07/2012 Permalink
prima album !!!