Na drie albums vol Californische honky tonk gooide David Serby het roer om op het drie jaar geleden verschenen Poor Man’s Poem, een plaat met voornamelijk akoestische folkliedjes. Live bleken de nummers van die laatste plaat niet erg inspirerend. Serby miste de energie van een band om zich heen. Met David Serby and the Latest Scam (eigen beheer) vindt hij zichzelf opnieuw uit. Op twintig nummers verdeeld over twee cd’s (samen overigens nog geen uur speeltijd) duikt Serby in ongecompliceerde rock-‘n-roll, catchy genoeg om van hem aan te nemen dat veel luisteren naar Rockpile de basis vormde voor deze dubbelaar. Met zo’n project helpt het enorm dat je de studio opzoekt met dezelfde mannen die ook op het podium naast je staan. Met producer Ed Tree (leadgitaar, toetsen), de van Tex & the Horseheads en Dave Alvin bekende Gregory Boaz (bas) en Hacienda Brother Dale Daniel (drums) leefde Serby zich uit. Het poppy resultaat doet beurtelings denken aan Greg Kihn, The Knack, Rank And File en misschien ook wel Promised Land Sound. Door de dunne stem van Serby valt ook de vergelijking te maken met de voortreffelijke plaat American Ride van Willie Nile. Rinkelende gitaren (When Couples Fall In Love), een scheurende gitaar (Ain;t No Way To Live), een slaggitaartje (I’ll Meet You There), het is allemaal zeer aangenaam. Ondertussen zijn de achtergrondkoortjes gewoon allemaal van Serby zelf. Met de laatste twee nummers van de tweede cd gaat hij op de toer van George Thorogood (Tumbleweed Blacktop Blues) en Jason and the Scorchers (Like She Was Never Here). Verkrijgbaar bij CD Baby.
26/02/2014 Permalink
“Het poppy resultaat doet beurtelings denken aan Greg Kihn, The Knack, Rank And File en misschien ook wel Promised Land Sound”: leuke namen, maar als er een echt referentiekader is, dan is het wel: Webb Wilder!