Wie is er niet groot geworden met die typische Excelsior-sound? Bands als Daryll-Ann, Caesar en Johan bepaalden zo’n beetje vanaf de jaren 90 de Nederlandse gitaarpopscene. Ook El Pino & the Volunteers brengen sinds 2006 hun platen uit op dit befaamde platenlabel. Het debuut, Molten City, kon nog als alternatieve country beschouwd worden, maar met The Long-lost Art Of Being Invisible (2009) draaide het gezelschap rond David Pino al naar de gitaarpop. Het nieuwe titelloze album past opnieuw naadloos in die gitaarpop-traditie van Excelsior. Van enige country-invloeden is niets meer te horen. Dat is niet erg, we houden hier ook van andere muziek, maar de gitaarpop moet het toch vooral van de gouden melodieën hebben. Die treffen we op dit nieuwe album van het oorspronkelijk Rotterdamse, maar over de hele wereld uitgefladderde combo toch net iets te weinig aan om van een echt memorabele plaat te kunnen spreken. Believe, Take The Call en de single Waiting, Honey zijn zeker pakkend. Voor het overige bevat deze plaat verzorgde nummers, keurig gebracht en ook wel gevarieerd. Maar bovengemiddeld, zoals het vorig jaar op hetzelfde label uitgebrachte Dear Island van Bewilder, is dit album echter niet.
19/02/2016 Permalink
Ik ervaar dit als een plaat die wel blijft groeien en gewoon knap gemaakt is. Een vierde ster zou zeker op zijn plaats zijn. Je hoort het plezier om samen muziek te maken en het zit nog knap in elkaar ook.