Is popmuziek nog relevant? Worden er nog albums gemaakt die ingaan op actuele ontwikkelingen? Zijn er nog protestzangers? Precies op het juiste moment lanceert de Amerikaanse singer-songwriter Joe Purdy Who Will Be Next? (Midtown Crier Records/Bertus), waarmee hij antwoord geeft op al die vragen.
Wie gaat het worden? Hillary Clinton of Donald Trump? Vandaag kiest Amerika een nieuwe president. Het heeft even geduurd, maar gaandeweg bemoeiden steeds meer popartiesten zich met de verkiezingsstrijd. Met het initiatief 30 Days, 30 Songs keerden zij zich tegen de haatcampagne van Trump. Het streven was om in een maand tijd dertig kritische liedjes het licht te laten zien, het werden er wel vijftig. R.E.M., Josh Ritter, Andrew Bird, Cold War Kids en vele anderen deden mee.
Voor Joe Purdy was één liedje niet genoeg. Zijn tegengeluid bestaat uit een heel album. Daarmee ontpopt de singer-songwriter zich op Who Will Be Next? als een ouderwetse protestzanger in de traditie van Woody Guthrie, Pete Seeger, Phil Ochs en Bob Dylan. Vooral als die laatste. Het titelnummer klinkt zelfs helemaal als een outtake van Desire. Niet zo heel raar, want Scarlet Rivera die viool speelde op die Dylan-plaat begeleidt ook Purdy.
Waar gaat het naartoe met Amerika, vraagt Purdy zich af op het titelnummer. Hij heeft het over kinderen op het schoolplein die met wapens rondlopen. Wie is het volgende slachtoffer? Hij zingt net zo nasaal als Dylan en de viool van Rivera treurt mee.
Het album begint met New Year’s Eve. Een orgeltje heeft de kerkdeuren opengezet voor een geweldig stuk countrysoul waarin het draait om compassie. Macht betekent helemaal niets in een wereld zonder liefde, zo leren we.
Op Children Of Privilege houdt Purdy de Amerikaanse jeugd voor hoe bevoorrecht ze zijn. Dat ze niet hebben hoeven te vechten voor vrienden en familie. Dat ze niet zijn mishandeld om hun huidskleur. Wie bedenkt dat elk levensverhaal even belangrijk is, die zal respect tonen voor elk mens, ongeacht klasse, afkomst, huidskleur, religie of seksuele voorkeur. Hoop is alles, aldus de artiest.
Praatzingend reist Purdy door Oklahoma op Kristine met aan zijn zijde zijn hond Charley. Misschien schrijft hij er wel een hitsong, misschien verandert hij er de wereld wel, maar misschien doet hij er ook niet meer dan stoned raken. Hij overleeft in ieder geval een sneeuwstorm, neemt een kop koffie en is klaar voor de volgende dag. Misschien reist hij wel naar Nashville. Wat hij ook beslist, het geweldige spel op steelgitaar is leidend.
Op Cursin’ Air schiet een idioot wild om zich heen. Wat bezielt hem? Waardoor raakte hij de weg zo kwijt, dat er nu een moeder een kaars aansteekt op het schoolplein?
Purdy smeekt op Cairo Walls om de loop niet op hem te richten. Hij komt immers als een vriend. Het is een liedje vanuit het perspectief van de Amerikaanse soldaat die ergens ver van huis moet vechten. Hij houdt van zijn land, want dat hoort bij de opvoeding. De stars and stripes zit in het DNA van Amerika, maar ondertussen is er van alles mis. Dus wat heeft het voor zin dat de soldaat om het leven komt door een scherpschutter in een land dat het zijne niet is? Ondertussen gaat het verder bergafwaarts met Amerika. Een andere soldaat die terug is, sterft er op de vloer van een politiecel, terwijl de politie een demonstratie met traangas uit elkaar jaagt.
Het slepende War Dogs volgt de mondharmonica naar de strijd. Waarheen? Waarvoor? Het is tijd voor nieuwe dromen.
Maybe We’ll All Get Along Someday is een hoopgevende titel, maar de boodschap van deze aanklacht tegen Trump is dat niet. Na een lieflijk gitaarintro heeft Purdy het over een man die het Witte Huis in wil voor zijn persoonlijke tv-show. Hij wil zijn gezicht op het geld. Hij wil een muur bouwen om immigranten weg te houden. Hij zal een Amerika creëren dat is gebaseerd op ongelijkheid. Een land waar de blanken blank blijven, de zwarten arm en de Spaanstaligen worden weggestuurd. Hoe kun je verwachten dat in zo’n land de mensen om elkaar zullen geven, vraagt Purdy zich af.
Slotnummer My Country begint met een mondharmonica als in een oude western met het tafereel van een knapperend kampvuur in een groots decor. De gewassen groeien hard en de wilde bloemen bloeien. In dat vruchtbare land moeten Mexicaanse arbeiders de sinaasappels plukken, zodat ze een paar centen kunnen sturen naar de achterbllijvers thuis. Zodat ze kunnen overleven. Het machtige Amerika bekommert zich liever om zichzelf. Maar de temperatuur stijgt en misschien is het straks allemaal voorbij. Dan vliegen er raketten en is de nucleaire oorlog een feit. Laten we daarom Amerika redden. Purdy hoopt dat het gezonde verstand zal zegevieren. Er staat veel op het spel.
08/11/2016 Permalink
Heb de CD een aantal maanden en is een van de hoogtepunten van 2016.
Een aanrader evenals al een aantal van zijn vorige releases.
11/11/2016 Permalink
Mooie, naive plaat
07/01/2021 Permalink
En we hadden die Amerikanen nog zo gewaarschuwd…