Musici uit Oklahoma blazen zelden hoog van de toren. Van sterallures hebben ze geen last. Ze hoeven niet zo nodig naar Los Angeles of New York om het te maken. Austin of Memphis dan? Ook niet nodig, Pilgrim nam No Offense, Nevermind, Sorry (Horton Records) gewoon op in Oklahoma, in de voormalige studio van Leon Russell in het aan het Grand Lake gelegen plaatsje Tia Juana. Beau Roberson is de songschrijver en frontman van de band. In Pilgrim treffen we verder mensen als John Fullbright en Jesse Aycock. De meeste liedjes van Roberson komen rustig op gang. De drummer tikt, de gitarist verkent wat akkoorden; zo begint Darkness Of The Bar. Roberson neemt geen overhaaste beslissingen. Zijn verhalende liedjes verlopen zonder echt spektakel, maar de manier waarop hij gewone gebeurtenissen beschrijft zijn interessant genoeg. Dat heeft ook alles te maken met de uitstekende instrumentale invulling. Niet flitsend, wel vloeiend. En met kleine accenten attractief voor fijnproevers. Backslider doet eerlijk gezegd wel wat aan het werk van Fullbright denken. Het prijsnummer is toch wel Lefty, over de dood van een vriend. Het toetsenspel van Fullbright opent, waarna de zang in laagjes komt. En met die gitaarsolo is dit eigenlijk gewoon een stukje heerlijke classic rock. Naast de tien eigen nummers staat er met Katie ook een cover op No Offense, Nevermind, Sorry. Een liedje van Fred Eaglesmith dat een prima uitvoering krijgt.
Reageren
»Nog geen reacties.
RSS feed for comments on this post.
Plaats een reactie