Michael Veitch is een in Woodstock neergestreken singer-songwriter. Hij werkte voor de staat Vermont waar hij toezicht hield op milieuzaken. Hij klaagde meerdere multinationals aan. Daarna probeerde hij het in de politiek, totdat hij ergens in de jaren 90 de muziek verkoos. Shawn Colvin nam hem op sleeptouw. Op Wachtraum (eigen beheer) reist hij door het hele jaar, te beginnen met First Day. Daarop maakt hij direct duidelijk dat het een album is waarop hij optimisme laat prevaleren. Februari krijgt een liedje in de vorm van Valentine’s Day. Moving Day valt op door de mondharmonica, die je even doet denken dat Toots Thielemans weer onder ons is. April Fools heeft een vrouwenkoortje en slidegitaar en klinkt erg Californisch. Op Sunday Afternoon heeft hij het over het zingen van alle favoriete liedjes, van je shalalala da do ron ron. Happy Fourth Of July is een van de weinige politiek getinte nummers. Hij klinkt daarop als John Mohead of Larry John McNally. Met Always Vermont belanden we in de herfst. Het is een loflied op de staat in het noordoosten van Amerika. Een romantische deun waarop Veitch plaats heeft genomen achter de piano. Maar na dat herfstliedje duikt hij toch nog even in de Last Days Of Summer, waarop hij vertoeft in Californië.
Reageren
»Nog geen reacties.
RSS feed for comments on this post.
Plaats een reactie