Hoop en verdriet. Toekomst en verleden. Op gracieuze wijze behandelt Wilder Adkins op Hope & Sorrow (eigen beheer) grootse thema’s. De artiest uit Birmingham, Alabama, is niet iemand die pasklare antwoorden paraat heeft, dat wordt meteen wel duidelijk op Dreamer. Hij droomt langs de werelden van Elliott Smith en Bonnie ‘Prince’ Billy. De ijle zang doet ook wel wat denken aan Phosphorescent. De stem glijdt langs watervalletjes en zoekt zijn weg naar harmonie die echter niet gevonden wordt. Dat past niet bij het wereldbeeld van Adkins. Hij is een zoekende. Op het titelnummer probeert hij dichter bij zijn vader te komen en merkt op dat diens zorgen ook de zijne zijn. Hij probeert God te begrijpen. Waarom houdt die van ons, terwijl we allemaal zo imperfect zijn? Op slotnummer Wrestle worstelt hij met de aanwezigheid van de almachtige. Hij zoekt ook naar de waarheid op Mecca, dat stilistisch dichtbij het werk van Ryley Walker komt. De fingerpicking-stijl van Adkins is vooral economisch en beheerst. Op Sericea wordt een balafon ingezet, dat is een houten xylofoon. Bijna op het eind van het album verklaart Adkins op Wild Things dat hij bijna verzuipt in een zee van grijs. Je zou Adkins eenvormigheid kunnen verwijten, maar juist het ontbreken van harmonie voorkomt dat.
Reageren
»Nog geen reacties.
RSS feed for comments on this post.
Plaats een reactie