R.L. Burnside nam in de jaren 80 platen op voor het Groningse label Swingmaster, waarna hij met zijn rauwe blues een legendarische status verwierf met platen op Fat Possum. Zijn kleinzoon Cedric Burnside zet de familietraditie voort. I Be Trying (Single Lock Records) is niet het eerste kunstje van de 42-jarige artiest. Op zijn dertiende zat hij al achter het drumstel bij zijn opa. Daar nam hij dan de rol over van zijn vader Calvin Jackson. Drummen doet Cedric nog steeds, maar net als zijn opa destijds is hij vooral gitarist. Met eerdere albums was hij al goed voor twee Grammy-nominaties. De toekomst van de Mississippi blues is bij hem in goede handen. Vooral doordat hij beseft dat hij geen platgetreden paden hoeft te betreden om aan de definities van blues te voldoen. De blues loopt immers door zijn aderen. Meer dan eens klinkt de invloed van Afrikaanse woestijnblues door in zijn gitaarspel middels repeterende patronen. Hij opent met een harde gitaaraanslag op The World Can Be So Cold. Als zanger zoekt hij het soms in hogere regionen, dan wordt het bijna soul. Zijn jongste dochter zingt mee op het titelnummer, waarop hij belooft dat hij altijd zijn best zal doen om een goed mens te zijn. De meeste teksten zijn donker, dit gaat namelijk veel verder dan blues om gezellig een biertje bij te drinken. Van zijn opa doet hij Bird Without A Feather, de tweede cover is Hands Off That Girl van Junior Kimbrough, een al even legendarische bluesman uit Mississippi.
Reageren
»Nog geen reacties.
RSS feed for comments on this post.
Plaats een reactie