‘Gather around me’ bazuint Taj Mahal een paar keer aan het begin van Swingin’ Live at The Church in Tulsa, en daar gaat-ie, met een trage, stomende uitvoering van Betty and Dupree (het waargebeurde verhaal over de man die in 1922 een ring met diamant roofde voor zijn vriendin, vluchtend een agent doodschoot, de doodstraf kreeg en als laatste in de staat Georgia werd opgehangen, voordat dat daar de elektrische stoel werd ingevoerd). Taj Mahal (eigenlijk Henry St. Claire Fredericks Jr., waarom dan nog een pseudonimen?!), vormde al in 1964 een band met de toen nog piepjonge Ry Cooder, met wie hij bijna een halve eeuw later Get On Board opnam, een helaas niet heel goed gelukt eerbetoon aan de muziek van Sonny Terry en Brownie McGhee. In de decennia daartussen maakte Taj Mahal een waanzinnige hoeveelheid platen en trad hij op met zo ongeveer iedereen die er qua waarachtige roots toe doet. Op Swingin’ Live at The Church in Tulsa (Lightning Rod Records) trekken we door alle uithoeken van Taj Mahal’s imposante en veelkleurige catalogus: blues, calypso, country, funk, rhythm & blues en wat niet. De oude meester speelt zo’n twintig instrumenten, van gitaar (de echte, originele steelguitar), tot banjo, ukelele en mondharmonica, maar je herkent hem toch vooral aan zijn volstrekt unieke stemgeluid, dat klinkt ‘alsof hij gegorgeld heeft met hete teer’, zoals we ergens lazen. Het sextet op dit heerlijke album bestaat verder uit bassist Bill Rich, drummer Kester Smith, gitarist en lapsteelspeler Bobby Ingano, dobrospeler Rob Ickes en gitarist en zanger Trey Hensley, die Lovin’in My Baby’s Eyes voor zijn rekening neemt, door zijn baas aan het eind terecht beloond met een tevreden ‘um-humm’.
Reageren
»Nog geen reacties.
RSS feed for comments on this post.
Plaats een reactie